Anna Friso

Een paar weken terug al een hele mooie duik gemaakt bij Burghsluis. Vandaag valt het LW-tij weer perfect en besluiten we weer te kiezen voor de westzijde van de Oosterschelde. Ditmaal gaan we naar de zuidwestzijde van de Oosterschelde. We hebben hier nog nooit gedoken en zijn dan ook ruim op tijd om de boel een beetje te verkennen. We zijn als enige duikers op de locatie en er is alleen wat visvolk op de strekdam. Rond de punt van de dam is het water nog erg onrustig. We nemen er dus de tijd voor om ons om te kleden. Op ons gemak gaan we rechts van de strekdam te water en bespreken nog even met de visser wat onze plannen zijn. Hij vindt het allemaal prima en als we wat vis zijn kant opsturen zullen we elkaar niet in de weg zitten 🙂 We beginnen vrij ondiep op de zandplaat. Ik zie diverse fluwelen zwemkrabben, tig jonge botervisjes en ook veel minuscule baby-zeesterren. De een is nog kleiner dan de ander. Op het zand ook veel slibananemonen. Langs de strekdam liggen veel losse basaltblokken, die rijkelijk begroeid zijn met mosdiertjes en tubularia. Dan ineens begint de pret. We zien overal kleine eistrengetjes. Waar deze bij horen is de vraag. Even later hebben we de vermoedelijke eigenaar gevonden. Het is de roodgevlekte kroonslak. Het is wat onrustig voor foto’s, maar de stroming is prima te doen. Ik zoek verder en kom een aantal witgezoomde knuppelslakken tegen. Mariëlle is enthousiast en legt ook deze slakken vast. Vervolgens zie ik een enorme millennium wratslak en kom ik een vijftal harlekijnslakken tegen. Wat een joekels aan deze zijde van de Oosterschelde. Deze harlekijnen zijn zo’n vier centimeter. We zakken wat dieper en we komen steeds meer begroeide rotsblokken tegen. Het is inmiddels een echt rif. Bijna tegelijk vinden we een koppeltjes slanke waaierslakken en even later een blauwtipje. Wauw, wat een slakkenparadijs is het hier. Mariëlle wijst een gymnota aan en de naaktslakcounter springt daarna op zeven. Op het voor deze duik relatief diepere stuk zitten echt talloze baksteenanemonen op de rotsen. Heel fraai en kleurig om te zien. Alle voetballers onder ons zouden er blij van worden. De tubularia gaat richting zijn of haar einde, maar er zijn er nog genoeg te vinden. Ik vind ook nog een vermoedelijk zilverblauwe knotsslak en als ik op mijn computer kijk zie ik dat we er al weer 45 minuten in liggen en pas op 8,2 meter diepte zitten. We besluiten te draaien, want geen idee hoe snel de stroming hier zo dicht bij de kering komt opzetten. We scharrelen weer rustig omhoog, weer meer kroonslakken, slanke waaierslakken en witgezoomde knuppelslakken. De tel zijn we nu wel kwijt. Mariëlle laat nog een jonge donderpad zien, terwijl ik een wat kleiner exemplaar van de Noordzeekrab spot. Ineens een schooltje met jonge steenbokken. Die moet ik natuurlijk nog naar die visser sturen denk ik. Gezien de grootte vermoed ik dat ze zeker ondermaats zijn, dus ik laat ze lekker de verkeerde kant op zwemmen. We maken wat meer vaart en het water wordt inmiddels ook wat onrustiger. Prima, we zijn bijna 80 minuten weg geweest, dat was een heerlijk duikje. Acht naaktslakken binnen een duik, dat is een hele mooie score. Tevreden wandelen we de dijk op, vervolgens omkleden, opruimen en dan nog even picknicken met uitzicht op de kering.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *